Liefhebbers van ruige natuur moeten een keer in IJsland zijn geweest.
Wat u daar om uw heen ziet is ronduit weergaloos, maar vooral ook onbedorven. Afgezien van de normale onderwerpen (achtergronden, praktische informatie en bezienswaardigheden) is in deze wereldwijzer een aparte plaats ingeruimd voor een groot aantal routesuggesties.
Volgt u deze ideeen dan komt u op plekken waarvan u het bestaan niet voor mogelijk had gehouden en weet u zeker dat IJsland veel meer is dan Reykjavik alleen.

De Wereldwijzergidsen zijn door Nederlandse auteurs geschreven en ideaal voor de breed geïnteresseerde reiziger.

• Achtergronden: geschiedenis, cultuur, natuur, bevolking
• Praktische informatie: onder andere accomodatie, vervoer, restaurants, douanebepalingen, geld
• Bezienswaardigheden
• Uitgebreid woordenlijst en register
• Duidelijke kaarten en plattegronden
• Prachtige kleurenfoto's

The first handbook with descriptions and illustrations of all Iceland's main bird, mammal and plant species. An ideal traveller's companion, it provides information on both nesting birds and visitors, a total of 119 species. In addition to descriptions of all Icelandic sea and land mammals, there are 220 plant species - making it possible to identify practically all Icelandic plants.

All species are shown with drawings for quick and simple identification of whatever bird, animal or plant may cross the traveller's path. Maps show the distribution of nesting birds, mammals and plants, along with their Icelandic names.

This new field guide is a complete and convenient reference to every species of Cetacean, Pinniped and Sirenian in the world, along with the Marine and Sea Otters and the Polar Bear.
Every species is illustrated with colour paintings and photographs, chosen to illustrate the key field marks which can be used to separate each species in the field.
The author's unique depth of experience and knowledge, coupled with the artist's unrivalled skill, have come together to produce a neat, practical field guide that will enable any observer to quickly identify any mammals they may encounter at sea.

• All 129 species illustrated with over 500 beautiful new artworks
• Easily confused species are also shown together on comparison plates
• Over 475 stunning colour photographs
• Informative, up-to-date species distribution maps, including viewing hotspots
• includes a useful guide to some of the best marine mamal watching sites

Flowering plants and ferns of Iceland, one of the most popular guides to Icelandic flora, has now been extensively revised and improved. Inside you’ll find 465 different species of plants, some of which are new to Iceland or have been naturalized in recent decades.

The unique features of each plant are briefly described, as well as information about its habitat, distribution, flowering time and size. Each species is illustrated by a colour photograph, a drawing and a distribution map based on the most recent available data.
The book is organized by flower colour and other easily identifiable features, all of which is explained in the illustrated key that precedes the plant descriptions. This is designed to make it easy for the layman to distinguish and identify plants and come to know the diverse and beautiful flora of Iceland.

The author, Hörður Kristinsson, is a Dr. rer. nat. in botany and has been studying and photographing the flora of Iceland for almost fifty years. He was a professor of botany at the University of Iceland from 1977–1987 and later director of the Icelandic Institute of Natural History in Akureyri.
In 1999 he became a research scientist at the same institution, until his retirement in 2007.

IJsland is een paradijs voor vogelliefhebbers. Van de vogelrotsen aan de kust tot de moerassen in het binnenland: overal kom je soorten tegen die je in Nederland niet snel zult tegenkomen.

Vogels kijken op IJsland is de ideale gids voor iedereen die deze rijkdom wil ontdekken. Het beschrijft twaalf afwisselende tochten langs alle belangrijke vogelplekken op het eiland, en geeft daarbij achtergrond- informatie over het landschap, de bereikbaarheid en de soorten die je er in verschillende jaargetijden kunt aantreffen. Vogels kijken op IJsland biedt ook algemene reisinformatie over dit unieke vulkanisch eiland, en vertelt waar je bijzondere zoogdieren kunt zien.

Bovendien bevat deze gids veel praktische tips over vogels kijken en fotografie. Van zes iconische vogelsoorten zijn uitgebreide beschrijvingen opgenomen: papagaaiduiker, giervalk, harlekijneend, ijseend, IJslandse brilduiker en zeearend.

Een onmisbaar boek voor de avontuurlijke natuur- en vogelliefhebber die IJsland in de agenda of op de verlanglijst heeft staan!

Could an Irish monk in the sixth century really have sailed all the way across the Atlantic in a small open boat, thus beating Columbus to the New World by almost a thousand years?
Relying on the medieval text of St. Brendan, award-winning adventure writer Tim Severin painstakingly researched and built a boat identical to the leather curragh that carried Brendan on his epic voyage.
He found a centuries-old, family-run tannery to prepare the ox hides in the medieval way; he undertook an exhaustive search for skilled harness makers (the only people who would know how to stitch the three-quarter-inch-thick hides together); he located one of the last pieces of Irish-grown timber tall enough to make the mainmast. But his courage and resourcefulness were truly tested on the open seas, including one heart-pounding episode when he and his crew repaired a dangerous tear in the leather hull by hanging over the side--their heads sometimes submerged under the freezing waves--to restitch the leather.
A modern classic in the tradition of Kon-Tiki, The Brendan Voyage seamlessly blends high adventure and historical relevance.

Aan het begin van de Nederlandse letterkunde staat het verhaal van een boekverbranding.
Een Ierse abt, genaamd Brandaan, kreeg op een dag een boek in handen waarin allerlei merkwaardige natuurverschijnselen werden beschreven, zowel op de aarde als erboven en eronder. Wat hij las kwam hem zo ongeloofwaardig voor, dat hij het boek verontwaardigd in het vuur wierp. Daarop gelastte een engel hem een schip te bouwen en zich met tachtig monniken in te schepen voor een reis die negen jaar zou duren.
Onderweg krijgt hij te maken met vele vreemde zaken: zeemonsters, een vis die een woud op zijn rug draagt, een wereld op de zeebodem. Hij bezoekt paradijselijke en helse oorden. Hij spreekt met kluizenaars, met duivels, en met de Walseranden, gedrochtelijke wezens van verheven afkomst.
Van zijn ongeloof genezen keert Brandaan naar zijn klooster terug. Het boek waarin hij zijn ervaringen heeft opgetekend, bewaart de herinnering aan zijn reis.

Het verhaal van Brandaans belevenissen wordt verteld in een gedicht dat waarschijnlijk omstreeks het midden van de twaalfde eeuw is ontstaan in het Rijnland en dat in een Middelnederlandse versie is overgeleverd in twee handschriften van rond 1400.

De dichter Willem Wilmink heeft de Reis van Sint Brandaan prachtig vertaald, in eenvoudige verzen die het Middelnederlandse gedicht op de voet volgen. Aantekeningen in de marge bieden een beknopte toelichting bij passages die voor de twintigste-eeuwse lezer niet onmiddellijk duidelijk zijn.
Naast Wilminks vertaling is de oorspronkelijke tekst opgenomen, voorzien van woordverklaringen.
In de inleiding van de Utrechtse mediëvist W.P. Gerritsen wordt het gedicht in de context van de twaalfde-eeuwse cultuur geplaatst.

Met deze uitgave van het oudste reisverhaal uit de Nederlandse letterkunde wordt een van de boeiendste teksten uit onze culturele erfenis opnieuw voor een breed publiek toegankelijk gemaakt.

Schrijver en zeiler Eerde Beulakker houdt van boten, blauwbekken en boeken. Vandaar zijn voorliefde voor zeilen door het hoge noorden, vergezeld van zijn bibliotheek.
In dit boek komen twee koude zeilreizen aan bod.
Midden jaren tachtig maakte Eerde Beulakker samen met zijn vrouw Hedwig van den Brink, de eerste echte koude zeilreis. Aan boord van het jacht Skua van tantarts Hans en zijn Franse vriendin Armelle. De tocht ging via de Faeröer en IJsland, naar het pakijs van Oost-Groenland ter hoogte van Scoresby Sund en naar naar het mysterieuze Jan Mayen met zijn machtige Beerenberg.
Vier jaar later werd de tweede arctische reis ondernomen. Eerde en Hedwig voeren met hun eigen boot naar het zeer noordelijk gelegen Spitsbergen, met name naar Amsterdam-eiland, waar ooit de traanovens van het fameuze walvisdorp Smeerenburg stond.
De auteur schrikt er niet voor terug over zijn eigen leven te schrijven. Zo bleek de vijandige verhouding met zijn driftige vader, een belangrijke inspiratiebron voor zijn arcitische intresse te zijn. Een vader die zelf als matroos naar Hammerfest en de Noordkaap voer, daar een levenslange hang naar zee en avontuur aan overhield en hierover tijdens winteravonden vertelde.
Reizen met een zeilboot is de manier om buiten gebaande wegenmoeilijk toegankelijke kusten te bezoeken. Plaatsen die geografisch, sociaal en historisch buitengewoon boeiend zijn. Nederland heeft in het hoge Noorden zijn sporen verdiend. willem Barentz en Jacob van Heemskerk zochten een noordoostelijke doorvaart naar het rijke China, ontdekten Bereneiland en Spitsbergen en overwinterden op Nova Zembla.
Walvisvaarder Jan Jacob May ontdekte het woeste eiland Jan Mayen, terwijl Gale Hamkes de kust van Oost-Groenland verkende. Toch hebben Nederlanders weinig op met hun koude verleden, dit in tegenstelling tot de landen om ons heen. Daarom zocht Eerde Beulakker in de reisliteratuur naar mensen die zijn voorliefde voor hogere breedten delen. En hij vond ze. Het levert hartverwarmende verhalen op over zeilers als Harold Tilman, Simon Richardson, Axel Czuday en ballonvaarder August Salomon Andrée.